Feeds:
Berichten
Reacties

Posts Tagged ‘buren maken lawaai’

Hutje

Voordat de yogales begon was ik met een mede-lesser in gesprek over het warme weer en de barbecue-fetisj van vele van onze buren. En dat we daarom niet even ons huis kunnen laten doorluchten als we dat willen. En dat we ook niet naar bed kunnen op een tijdstip waarop we dat zouden willen. Niet alleen omdat de slaapkamer dan nog te warm is (want pas om 10 uur kan het raam open als je niet in een crematoriumlucht wil liggen), maar ook omdat menigeen tot middernacht in zijn of haar tuin blijft zitten kletsen en je ze ook met oordoppen in niet kunt buitensluiten.
We verheugden ons stiekem op een regenbui die alles af zou koelen en ervoor zou zorgen dat níemand die avond kon barbecueën.
‘Nou-è’, kwam een andere vrouw met zeurstem ertussendoor, ‘dan moet je in een hutje op de hei gaan wonen’.
Ik had op z’n zachtst gezegd wat moeite met die opmerking. A: wij vroegen niet naar haar mening. Die was overigens op z’n minst onvoldoende geïnformeerd want ze had net zelf gezegd dat alleen een onderbuurman van haar hoogstens één keer per jaar barbecuëde. Dat is wel even iets anders dan elke godganse dag van de week minstens één van de buren.
B: ik ben chronisch ziek en als ik, omdat ik wat rust aan mijn kop wil, verbannen zou worden naar het platteland zou dat mijn gezondheid ernstig kunnen schaden. Hoe kom ik ooit nog bij een huisarts of op tijd op de eerste hulp?
C: het is gewoon een domme dooddoener die de ‘schuld’ legt bij mensen die geen overlast veroorzaken (lees dit stuk van Roos Vonk maar eens over onder meer de vuurwerkdiscussie).
Ik vind eigenlijk dat mensen die niet het fatsoen hebben om een beetje rekening te houden met een ander, maar in een hutje op de hei moeten gaan wonen.’ En zoiets zei ik dus ook tegen haar. En toen hield ze haar mond dicht. Lekker rustig.

Read Full Post »

Toen de kinderen van onze buren nog baby’s waren, liepen hun ouders de hele dag woewoewoe-roepend door het huis. Alsof ze hun kinderen aan het voorbereiden waren op een leven dat één lang Halloweenfeest zou zijn. Wij weten dit omdat de muren heel dun zijn en we dus regelmatig tegen elkaar zeiden ‘gaan ze weer’. Wij rolden hierbij met onze ogen en zetten vervolgens maar muziek of de tv aan en hoopten dat het op zou houden.
Dat deed het ook, maar de vreugde was van korte duur want nu lopen de kinderen van de buren woewoewoe-roepend en stampend door het huis. Om 8 uur ’s morgens. Ook in het weekend.
Met een beetje goede wil zou je dit een wekker waar je niet om gevraagd heb kunnen noemen, maar wij hebben daar andere benamingen voor. Vooral omdat we met het warme weer de afgelopen dagen niet bepaald met de kippen op stok gaan. Het punt is namelijk: de andere kippen gaan ook niet. Menigeen zit tot een uur of 12 in zijn tuin te kakelen en ook met de ramen dicht en oordoppen in mijn oren kan ik ze woordelijk verstaan.
En wat de ramen (en deuren) betreft, die zou ik tegen een uurtje of 6, als het een beetje af begint te koelen, graag open willen zetten, maar in Nederland schrijnt het regel te zijn dat temperaturen van boven de 20 graden een offergave verdienen dus er is elke avond wel íemand die om 6 uur de hele buurt in de spiritus marineert en om een uur of 7 of 8 begint aan grootschalige lijkverbranding. En het klinkt misschien flauw, maar ik houd niet zo van crematielucht in mijn huis- of slaapkamer.
Na een aantal ochtenden woewoewoe achter elkaar en geen enkele avond waarop ik een beetje vroeg in slaap kon komen was ik afgelopen zaterdag te ernstig opgebrand om afspraken na te kunnen komen of überhaupt andere mensen te zien dan die ene waarmee ik getrouwd ben. Mijn ogen waren dik en al mijn zintuigen stonden op standje ‘overspannen’.
Toen het aan het einde van de middag een beetje af begon te koelen wilden we wel graag even samen in de tuin zitten, maar het was weer tijd om een oudtestamentische god te eren, dus gingen we maar even op weg naar dat ene veldje waar het altijd zo rustig is.
Daar aangekomen bleek dat er een feestje was op mijn rustige veldje. Met een kraampje en mensen die met borden in hun handen heen en weer liepen. De tranen sprongen me in de ogen: ik wilde gvd rust aan mijn kop en was zelfs mijn eigen huis ontvlucht omdat het me daar niet gegund was. Met de moed der wanhoop liepen we door naar een watertje verderop waar ook bankjes stonden, maar daar was het helemaal niet te harden: bootjes waar muziek vanaf tetterde, mensen die zaten te roken, kinderen die liepen te rennen en gillen. Dus toen zijn we maar naar huis gegaan en hebben een regendansje gedaan in de kamer.
Misschien hebben de buren toch gelijk en is het leven één grote hel. 

Read Full Post »