Feeds:
Berichten
Reacties

Posts Tagged ‘#anythingcanhappentuesday’

Op Facebook zie ik een reclame voorbij komen van de NPO voor een serie die nu te streamen is via het platform: The Nightmanager. ‘Zin in een internationaal bekroonde serie met een topcast? Slinger dan The Nightmanager met Tom Hiddleston en Hugh Laurie eens aan op NPO Plus’, staat er. Topcast is absoluut waar: in de serie speelt een Oscar-winaar mee. Maar dat is noch Tom Hiddleston noch Hugh Laurie maar Olivia Coleman, die helemaal niet genoemd wordt in dit wervend bedoelde intro. Begrijp me niet verkeerd, ik heb niets tegen de genoemde acteurs. Als Tom Hiddleston het telefoonboek voor gaat lezen koop ik daar met liefde een bioscoopkaartje voor en tegen a bit of Fry and/or Laurie zeg ik ook geen nee, maar dit ruikt naar alledaags seksisme. Alsof acteurs van naam per definitie mannen zijn. En dat houdt zichzelf in stand want als je de namen van mannen blijft herhalen dan kunnen die rekenen op een plek in het collectief geheugen: ‘Oh ja, die naam heb ik eerder gehoord, dus die zal wel goed en beroemd zijn.’ En andere namen worden vergeten. Daarom is het van belang om de namen van talentvolle vrouwen te herhalen totdat iedereen zegt ‘ja, die naam kent iedereen!’ Dus oefen maar: Oscarwinnaar Olivia Coleman, Oscarwinnaar Olivia Coleman, bekend van Broadchurch en The Crown, Britse Oscarwinnaar Olivia Coleman die een prachtige bijrol speelde in Heartstopper.
Speciaal voor de NPO heb ik hun intro-tje even herschreven: Zin in een internationaal bekroonde serie met een topcast? Duik dan eens in de wereld van The Nightmanager met Oscarwinnaar Olivia Coleman, Elizabeth Debicki (beiden bekend van The Crown) en Tom Hiddleston. Nu te zien op NPO plus.
Het is jammer voor Hugh Laurie, maar het werd een beetje druk en bij gelijke geschiktheid moeten ouder witte mannen het eerst plaats maken.

Read Full Post »

Op vakantie gaan is natuurlijk altijd een beetje een avontuur, maar als je vegan eet leer je de lokale eetcultuur, en dus de volksaard, nog iets beter kennen denk ik. Zo viel het me op dat het aanbod aan vegan etenswaren in Denemarken nogal karig is. Wat niet zo verrassend is, omdat veel stukken dier eten een deel is van de Deense cultuur. Italië verraste me wèl, ze zijn daar nogal streng met eten en de eetcultuur maakt daar een belangrijk deel uit van de identiteit. Maar in elke supermarkt was een ruim aanbod te vinden van vegan alternatieven: mozzarella op basis van rijst en carpaccio van biet.
In Spanje was het iets langer zoeken in de supermarkt, maar daar was ook best makkelijk een vegan maaltje bij elkaar te zoeken. En, ook niet onbelangrijk, er was een ruim aanbod aan vegan en vegetarische eetgelegenheden. We waren zelfs een dag naar een fashion outlet en het café daar had een ruime keuze uit vegan gerechten. We aten daar een mango-quinoasalade waarvan ik bij thuiskomst me nog een aantal ingrediënten wist te herinneren (afgezien van de mango en de quinoa) en er nog een paar bij verzon om er een maaltijdsalade voor warme dagen van te maken. Lekker met wat hotsauce of sambal!

Ingrediënten (voor 2 personen):

Voor de salade:

  • Een paar handenvol gemengde slablaadjes
  • 1 rijpe mango
  • 2 lente-uitjes
  • Een bosje koriander
  • 1 avocado
  • 120g quinoa
  • Een grote handvol pinda’s, gezouten of ongezouten (naar smaak)

Voor de dressing:

  • 3 eetlepels olijfolie
  • 1 eetlepel witte tahin (sesamasta)
  • Het sap van 1 limoen

Voorbereiding:

  1. Kook de quinoa volgens de aanwijzingen op de verpakking en laat deze een beetje afkoelen
  2. Schil de mango en snijd deze in blokjes
  3. Snij de bosuitjes in dunne ringetjes
  4. Leg wat blaadjes koriander apart voor de garnering. Snijd de rest van de koriander fijn
  5. Snijd de avocado doormidden, ontpit deze en snijd de helften in dunne plakjes
  6. Klop de ingrediënten voor de dressing door elkaar in een kom

Maak de salade:

  1. Verdeel de sla over 2 diepe borden
  2. Verdeel de quinoa over de sla
  3. Meng de mango met de lente-uitjes, de koriander en de helft van de dressing en verdeel het mengsel over de quinoa
  4. Leg de plakjes avocado op de salade
  5. Garneer het geheel rijkelijk met de pinda’s en de korianderblaadjes
  6. Druppel de rest van de dressing er overheen met een lepel

Tip: Deze salade is heerlijk met hot sauce, bijvoorbeeld eentje met een fruitsmaakjes!

Read Full Post »

Het is één van de eerste dingen die we kleine kinderen aanleren: ‘Het hondje blaft, waf waf waf’. Het is vrij nutteloze informatie die later in hun leven zeer zelden van pas zal komen. En in het geval van mijn hond ook slechts sporadisch van toepassing.
Blaffen doet hij eigenlijk alleen als ik, wanneer het buiten donker is, in mijn eentje naar de deur loop om die open te doen (meestal voor een onschuldige jongeling die op bestelling vegetarische curry komt brengen). Roemer wil dan even laten weten dat ik helemaal niet alleen ben. En dat dat mens van hem misschien vegetarisch eet, maar hij dus niet. Of misschien wil hij alleen maar weten of er wel kroepoek bij de bestelling zit, dat kan natuurlijk ook.
Dat hij maar zelden blaft wil niet zeggen dat hij de rest van de tijd stil is. Integendeel, als de mijnheer hier in huis ’s morgens vroeg Roemers riem om doet om met hem naar buiten te gaan hoor ik hem vaak zeggen ‘wat heb je weer een hoop te vertellen’. De mijnheer hè, Roemer articuleert iets minder duidelijk.
Roemer knort en mompelt maar met wat hoofdknikken en intense blikken weet hij vaak wel duidelijk te maken wat hij wil. ‘knor knor knor’ + hoofdknik betekent ‘mag ik op de bank?’ en dan is er nog een knor die enorm klinkt naar de knor die Pippa (het konijn waar Roemer de eerste zes jaar van zijn leven mee in huis woonde) maakte als ze tevreden rondhupte. Die noemen we de ‘gezellig hè?’-knor.
Nu de mijnheer hier in huis inmiddels al een jaar lang bijna altijd in huis is en dus met regelmaat even zijn kantoor uit komt en de woonkamer door loopt om even thee voor zichzelf te zetten of weer een desembrood in de oven te schuiven, wordt Roemer meer dan anders blootgesteld aan taal. Aan pratende mensen. Voordat covid-19 ons leven op z’n kop gooide zat Roemer op door de weekse dagen alleen met mij thuis, en ik praat niet zo vaak in mezelf. Maar nu is er ook een mijnheer in huis die steeds bij verschijnen ‘hallo!’ zegt.
Dat ‘hallo’ kan Roemer inmiddels aardig imiteren. Het klinkt een beetje binnensmonds ‘whulluw’, maar hij zegt het op het juiste moment.
Hij is nu tien jaar oud en we hopen dat hij nog minstens tien jaar ouder wordt dan hij nu al is. Wie weet kan hij tegen die tijd zo goed en duidelijk praten dat hij helemaal geen ‘waf waf’ meer doet maar gewoon aan de bezorger van Zapp Thai vraagt ‘zit er wel kroepoek in die zak? Anders kun je wat mij betreft weer terug om het te halen, vriend.’

Read Full Post »

Voor Dierenpraktijken schreef ik over het afscheid nemen van je huisdier. Je leest het hier:

Read Full Post »

Twee weken geleden schreef ik over het moeilijkst vertaalbare woord uit de Nederlandse taal. En nee, dat is niet ‘gezellig’ maar ‘lekker’. Lekker heeft in het Nederlands te veel betekenissen.
Iets kan lekker zijn qua smaak of qua gevoel maar het kan ook uitdrukken dat je ergens naar uitkijkt (ik ben morgen lekker vrij). Ook kan het nog ‘lekker weer’ zijn of je kunt er iets heel kinderachtigs mee uitdrukken: ‘ik heb lekker een chocoladeletter gekregen en jij lekker niet.’
Die kunnen we volgens mij scharen onder het uitdrukken van leedvermaak. Dan hebben we ook nog het onderdrukt uiten van ongenoegen: ‘lekker weer, dit’ en ook nog een betekenis waar een lezer me op wees. Een Duitse vriend van haar had zich verwonderd over de vele betekenissen van ‘lekker’. Vooral over het feit dat het ‘lekker weer’ kon zijn en je je ‘lekker kon voelen’. Samen kwamen we nog op een andere toepassing van het woord: lekker ding.
En dat je je lekker voelt wil nog niet zeggen dat je een lekker ding bent, probeer dat maar eens uit te leggen aan NT2-ers (mensen die Nederlands als tweede taal leren).

En over lekker ding gesproken, je kunt hier nog steeds een kalender winnen.

Read Full Post »

Al jarenlang wordt beweerd dat het Nederlandse woord ‘gezellig’ niet te vertalen valt, maar daar ben ik het niet zo mee eens. Een letterlijke één op één vertaling is niet makkelijk te maken, tenzij je vertaalt naar het Deens, dan is het gewoon hygge, maar ‘gezellig’ valt wel uit te leggen met het Engelse begrip cozy (en tea cozy betekent weer theemuts).
Gezellig kent ook maar één betekenis in het Nederlands. Hoe anders is dat met ‘lekker’. Vraag in het Engels aan een Nederlander wat ‘lekker’ betekent en diegene zegt waarschijnlijk ‘tasty’. Maar daarmee ben je er nog lang niet en daarom denk ik dat ‘lekker’ het moeilijkst te vertalen woord van de Nederlandse taal is.
Ik moest eraan denken toen ik aan het meezingen was met Merol die optrad bij Even tot hier. Voor de gelegenheid was haar hit ‘Lekker met de meiden’ omgekat tot ‘Lekker met Joe Biden’ met zinnen als ‘zij kan eindelijk scheiden’ (met een foto van Melania Trump in beeld). Toen ik de video van het liedje op Facebook deelde dacht ik ‘hoe leg ik dit uit aan mensen die geen Nederlands verstaan? Wat is ‘lekker’ in deze context?
Lekker is een woord dat uitdrukt dat je ergens naar uitkijkt, zoals ‘Ik ben morgen lekker vrij’. Ik weet daar geen Engelse vertaling van. Bij ‘het is lekker weer’ is het een stuk makkelijker, dan betekent ‘lekker’ nice. Dat zijn dus al drie verschillende betekenissen van één en hetzelfde -vaak voorkomende- woord.
En dan hebben we het nog niet eens gehad over een uitspraak als ‘lekker voor je’ of ‘nou, lekker dan’.
Lekker moeilijk te vertalen, dat lekker.

Read Full Post »

Mijn meest recente column voor Dierenpraktijken, over de raarste diersoort van deze aardbol, lees je hier: 2020-05-11-134557

Read Full Post »

Mijn meest recente column voor Crohniek lees je hier: 2019-12-09-115809

Read Full Post »

Mijn herfst-column voor Dierenpraktijken ging over het boek ‘Mamma’s last hug’ van Frans de Waal en dat hondenbaasjes al jaren weten dat dieren wel degelijk emoties kennen.
Je leest ‘m hier: 2019-11-04-140823

Read Full Post »

Ik ben vrij geestig (en ook onbescheiden want dat was geen deel van mijn opvoeding), soms bedoeld maar heel vaak ook onbedoeld. Zoals wanneer ik in de zomer helemaal krankjorum word van de ongearticuleerde conversaties die onze achterburen in hun tuin voeren. Hoe dommer het gesprek hoe hoger het volume.
Als de mijnheer ’s avonds dan thuiskomt dan kan ik een samenvatting geven. ‘Hejje fommijn no bieju? Bieju?’ Hierop volgt het opentrekken van een blikje dus dit zal een soort drank zijn. Verder gaat het ook vaak over ‘Aajs’ en ‘Aajs kijje’. Diepgaand antropologisch onderzoek doet vermoeden dat het iets met voetbal te maken heeft.
De mijnheer hier in huis heeft al een aantal keren gesuggereerd dat ik aan stand op comedy moet gaan doen als ik weer eens begin over de buren en hun onvermogen om te articuleren. Ik had me niet eens gerealiseerd dat dat grappig zou kunnen zijn. Serieus, die mensen zijn te lui om te praten en laten gewoon klanken uit hun mond vallen. En nee, dat is niet gewoon een accent, hier moet een KNO arts aan te pas komen.
Vorige week was ik aan het lunchen met een vriendin en haar zoontje en ze vertelde dat de peuter nog steeds vrij slecht eet (behalve chocola dan, daar at hij zo een schaaltje van leeg). ‘Hij lust eigenlijk alleen fruit’.
Waarop ik zei dat ze zich daar helemaal geen zorgen om hoefde te maken omdat er ook mensen zijn die expres alleen maar fruit eten. Dat zijn fruitariërs en die mensen leven ook gewoon.’
Maar voordat ik kon vertellen wat de filosofie erachter was (ik wist niet meer of ze alleen maar fruit eten omdat ze ervan overtuigd zijn dat de meeste voedingsstoffen in vruchten zitten óf omdat ze de plant niet dood willen maken door ‘m helemaal op te eten en daarom alleen de vruchten plukken), werd ik op mijn schouder getikt.
‘Ik moet toch even iets zeggen’, zei de mevrouw die achter me stond. Ik dacht gelijk ‘oh jee, wat heb ik nu weer gedaan?’
‘Jij bent echt hilarisch grappig’, zei ze. Op zich weet ik dat ik dat kàn zijn, maar ik had helemaal niet het idee dat ik dat op dat moment was. ‘Eerst zei je al dat je sporten vrij stom vindt maar dat je dan maar gewoon een uurtje op muziek beweegt en dat je het dan weer af kan strepen als ‘gedaan’. Zo verfrissend, iedereen doet maar alsof ze het zo leuk vinden, maar het is helemaal niet zo leuk. En nu weer fruitariër! Hoe kom je erop!’
Ik probeerde nog te zeggen dat ik die term niet verzonnen had en dat er echt mensen zijn die alleen maar fruit eten, maar ik geloof niet dat dat doordrong.
Nou ja, mocht ik ook aan stand up comedy gaan doen dan zal die mevrouw in elk geval lachen.

Read Full Post »

Older Posts »