Feeds:
Berichten
Reacties

Posts Tagged ‘#leesvrouwen’

Ik kan me niet meer herinneren dat er ooit een jaar was waarin ik nìet het boekenweekgeschenk in handen had. Er waren natuurlijk wel jaren waarin ik nog geen literatuur voor volwassenen las, maar toen kwam mijn vader wel thuis met het boekenweekgeschenk en die heb ik later waarschijnlijk allemaal wel gelezen.
Ergens in mijn huis zwerven minstens twintig boekenweekgeschenken rond, ik heb ze alleen niet allemaal gelezen. De Kraai van Kader Abdollah bijvoorbeeld niet. Van Een tafel vol vlinders van Tim Krabbé weet ik niet eens zeker of ik het heb. En van het geschenk van vorig jaar, dat van Ilja Leonard Pfeijffer weet ik precies waar het is: op mijn nog-te-lezen-kar (de meeste mensen hebben een stapel, ik heb een kar. En een stapel).
Maar in de novelle van dit jaar, ‘De eerlijke vinder’, had ik gelijk zin dus had ik het uit voordat de boekenweek over was. Van Lize Spit had ik eerder het debuut ‘Het Smelt’ gelezen. Ik vond dat op zich een goed boek maar wel wat langdradig. Daar kan bij een boekenweekgeschenk moeilijk sprake van zijn, dus ik begon met hooggespannen verwachtingen.
En die maakte ze waar. Vanaf de eerste bladzijde zat ik als lezer midden in de jaren ’90 met crossfietsjes, flippo’s en chips die nog gewoon van Smith’s waren. Hoofdpersoon Jimmy neemt zijn flippoverzameling heel serieus. Hij maakt met regelmaat een rondje langs alle plekken in het dorp waar hij kleingeld zou kunnen vinden. De gehele opbrengst gaat naar de aanschaf van zakken chips met flippo’s. Hij spaart niet alleen voor zichzelf: hij heeft een simultaanverzameling aangelegd voor Tristan: zijn uit Kosovo afkomstige klasgenoot en beste vriend.
Op de eerste pagina van het boek vraagt Tristan aan Jimmy of hij komt logeren. Dit verzoek is het beste dat Jimmy in tijden is overkomen: de familie Ibrahimi slaapt namelijk met z’n allen in één kamer op matrassen op de grond. Een uitstekende plek om koprollen te maken. Bovendien lijkt het Jimmy, die sinds de echtscheiding van zijn ouders alleen met zijn moeder woont, enorm gezellig, met z’n allen op één kamer. Maar Tristan heeft Jimmy niet louter voor de gezelligheid uitgenodigd: er is iets gebeurd en Tristan heeft een plan waarin Jimmy een sleutelrol moet spelen…
‘De eerlijke vinder’ is één van de beste boekenweekgeschenken van de laatste jaren. Dit is overduidelijk geen verhaal ‘dat nog op de plank lag’: het is precies lang genoeg, toegankelijk genoeg voor een breed publiek, actueel en met genoeg diepere lagen om literatuur te zijn. Het zou me niet verbazen als deze novelle nog decennialang op leeslijsten van scholieren terug blijft komen.

Read Full Post »

Het beste boek dat ik tijdens de hele covid-periode heb gelezen, is zonder twijfel Hamnet. Ik heb in de twee jaar dat de pandemie rondwaarde ongetwijfeld veel meer goede boeken gelezen (ik las er in 2020 125 en het jaar daarna 156) maar ik weet zeker dat, als ik over 20 jaar terugdenk aan die tijd, ik zal denken aan Hamnet. Literatuur en werkelijkheid vielen zo mooi samen: angst voor een ziekte, je gedwongen afzonderen, en die prachtige zinnen van Maggie O’Farrell.
Dus toen ik las dat ze weer een dikke pil van een historische roman had geschreven, zette ik die natuurlijk bovenaan mijn boodschappenlijstje voor Waterstones in Manchester (ja, ik ga met een boodschappenlijstje in mijn hand naar de boekwinkel). Het omslag is zo druk als die van ‘Hamnet’ verstild is, en als je het boek openslaat zie je een enorme tijger op de endpapers.
Hoofdpersoon van de roman is Lucrezia de Medici, middelste kind (van de velen) van Cosimo de Medici en zijn vrouw Eleonora. Het eerste hoofdstuk speelt zich af in 1561, Lucrezia is doodsbang dat haar man het op haar leven heeft voorzien: ze is er van overtuigd dat hij haar wil vergiftigen. Waarom zou hij haar anders hebben meegenomen naar een fort in the middle of nowhere? Daarna maakt het verhaal een sprong terug in de tijd, eerst naar 1544, het jaar van haar geboorte, dan naar 1552, het jaar waarin Lucrezia een tijger aait. Want zo is ze: een nieuwsgierig kind met een fascinatie voor dieren, kleuren en alles dat wild en spannend is. Al jong blijkt dat ze een enorm talent voor tekenen en schilderen heeft.
Ze groeit op in het Palazzo Vecchio (in het boek, in werkelijkheid woonde ze daar niet haar hele leven) in het centrum van Florence. Ze trouwt jong, heel jong, omdat haar zus Maria, verloofd met de hertog van Ferrara sterft voordat ze kan trouwen. De hertog stelt daarop voor dat hij met Lucrezia trouwt. Dat gebeurt als die laatste 15 jaar oud is. Het huwelijk duurt kort: ze sterft als ze 16 jaar oud is en ze is zo goed als vergeten. Er zijn alleen nog een aantal portretten van haar bewaard gebleven. En nu deze roman die deze ‘vergeten vrouw’ tot leven heeft gewekt. Een aanrader voor iedereen die van historische romans houdt.
En, extra leuk voor mij: de eerste vakantie die ik maakte na een periode van lockdown, was naar Toscane. Niet een bestemming die ik anders snel zou kiezen, maar veel landen stonden op ‘rood’ toen je al wel weer naar Italië kon reizen. En als ik het essay achterin het boek goed heb gelezen, was ik daar waarschijnlijk in dezelfde periode als de auteur, die onderzoek ter plaatste deed nàdat ze de roman zo goed als af had.

Read Full Post »

Ik haal mijn leestips overal vandaan, maar vooral van Instagram. Daar kondigt Reese Witherspoon de nieuwste titels voor haar boekenclub aan, èn ik volg diverse fanart-accounts. Fanart kan gebaseerd zijn op tv-series, maar een aantal illustratoren laat zich vaak inspireren door young adult-novels. Zo volg ik Vanessa Kelley, haar illustraties staan onder andere in een speciale editie van Red, White and Royal Blue. Als zij op haar Instagram-pagina fanart plaatst van een boek wil ik niet alleen de print hebben maar ook het boek lezen. The Charm Offensive, bijvoorbeeld. Dus toen ik onlangs een illustratie zag die was gebaseerd op een voor mij onbekende roman, A Marvellous Light, heb ik die gelijk bij mijn boekhandel besteld. Op basis van de illustratie wist ik al een paar dingen: het verhaal speelt zich af rond het jaar 1900, er is iets met magie en waarschijnlijk zit er ook een vleugje boy meets boy in. Wat wil je nog meer? Nou, dat het het eerste deel van een serie is. Ook daarin is voorzien: het tweede deel is al uit en het derde komt dit jaar.
Robin Blythe heeft een titel (baronet) en heuse calling cards (visitekaartjes die je op de zilveren schaap van de butler kunt leggen als je iemand komt bezoeken), maar geen geld en wel een zusje dat studeren wil. Dus heeft hij een baantje. Het lijkt een eenvoudig kantoorbaantje maar zijn direct leidinggevende is de Prime Minister. Robin is de parliamentary liaison in de Office of Special Domestic Affairs and Complaints. Hoe special dat gaat worden, daar heeft hij nog geen benul van. Totdat op zijn eerste werkdag een man binnen komt lopen die op zoek is naar Robins voorganger. Een man die een pen heeft die zelf kan schrijven.
En dat is bij lange na niet het vreemdst dat hij mee gaat maken: een vloek, een doolhof dat tot leven komt, een huis vol met William Morris behang (ok, dat is niet vreemd, maar William Morris behang!), romantiek en oh ja, magie bestaat.
‘A marvellous light’ is een heerlijke combinatie van ‘The Will Darling Adventures’ en ‘The House in the Cerulean Sea’ en een vleugje ‘Red White and Royal Blue’ of ‘Bridgerton’ wat betreft…hoe gedetailleerd sommige passages zijn.

Read Full Post »

Thrillers, daar had ik het wel een beetje mee gehad na de zoveelste Saskia Noort en het dieptepunt: die serie met die kinderrijmpjes-titels. Maar toen kwam Reese Witherspoon en maakte ik kennis met The Last thing he told me en Wrong Place Wrong Time en realiseerde ik me dat er ècht zoiets bestond als een literaire thriller: een literaire roman die tegelijkertijd ook een thriller is. Maar vooral dat eerste. Maar dan met spanning. En een onverwachte wending.
Ik hoopte dat ‘The Sanatorium’ dat ook zou zijn. Deze titel was immers ook door Reese geselecteerd voor haar Bookclub, dus ik ging er wel vanuit. Ik heb de titel ook diverse keren voorbij zien komen op GoodReads (wellicht was het genomineerd voor beste thriller van het jaar?) dus ik had er zin in. Het boek speelt zich af in een afgelegen hotel in Zwitserland tijdens een sneeuwstorm, dus het lijkt de ideale titel om lekker mee op de bank te kruipen. En omdat het spannend beloofde te worden leek het me een ideaal boek om te lezen met een door verkoudheid verstopt hoofd: de suspense zou er wel voor zorgen dat ik het niet te vaak weg legde.
Ik moet eerlijk zeggen dat ik wèl dóór las, want de auteur had de gewoonte de hoofdstukken op een vreemd punt af te kappen: net als de hoofdpersoon iets ziet ofzo. Een slim trucje, dat wel. En slecht geschreven is het óók niet, geen kromme zinnen of ander taalgebruik waar ik me aan ergerde. Nee, het kwam vlot op gang. Maar wàt dan precies….
In de proloog wordt een architect vermoord. Hij is betrokken bij een prestigeproject: de renovatie van een oud sanatorium dat dienst gaat doen als luxe-hotel. Vijf jaar later is een Britse vrouwelijke detective op non-actief samen met haar vriend op weg naar datzelfde hotel. Ze is nerveus, haar laatste zaak was nogal ingrijpend èn ze zal voor het eerst sinds jaren haar broer weer zien. Ze is naar Zwitserland gekomen om zijn verloving met een jeugdvriendin van haar te vieren.
Maar dan verdwijnt de vriendin…

En vanaf daar is het…nogal rommelig. Je denkt als lezer wat aanwijzingen te lezen, maar daar komt de auteur helemaal niet op terug. Het motief komt een beetje uit de lucht vallen en de dader is geen grote verrassing.
Ik kan alleen zeggen dat het makkelijk wegleest, maar om te zeggen dat het lezen veel voldoening gaf, nee. Het was een beetje mwah. Ik vraag me dan ook sterk af waarom Reese het ‘A thrilling mystery that kept me on the edge of my seat’ noemt. Maar goed, je kunt het blijkbaar niet altijd eens zijn.

Read Full Post »

Ik stond in het Liverpoolse filiaal van de Waterstones met vijf boeken in mijn armen bij de kassa. En dat was onhandig want op elk van die boeken zat een sticker met ‘Buy one Get one HALF PRICE’. Een oneven aantal kopen zou dus dom zijn. Dus vroeg ik aan de jongere achter de kassa of zij me kon adviseren. Van één titel wist ze zeker dat die goed was, van een ander wist ze dat die goed verkocht was en de enige waar ze niets over zeggen kon was nou juist een titel waar ik zelf heel nieuwsgierig naar was (Cunning Women, ik heb mezelf niet teleurgesteld). Toen heb ik er nog maar een boek van de tafel bij gepakt.
Het boek dat zo goed verkocht had was ‘The Wolf Den’ en het omslag kwam me bekend voor, ik had het waarschijnlijk al een paar keer langs zien komen in GoodReads. Niet verwonderlijk want het genre is historische fictie, toch wel zo’n beetje mijn genre. Op de achterflap lees ik dat het tijdschrift Red het ‘A one-of-a-kind historical novel’ heeft genoemd ‘that fans of Circe will love’.
Nu ben ik absoluut een fan van Circe maar ‘love’ en ‘The Wolf Den’ zijn niet twee termen die ik snel in één zin zou gebruiken.

Amara is niet haar echte naam, het is de naam die ze heeft gekregen toen ze aankwam in Pompeï en te werk werd gesteld in het stadsbordeel. Ooit was ze het geliefd enigskind van een dokter in Griekenland. Nu is ze het eigendom van een man die ze haat. Ze weet dat ze veel slimmer is dan hij maar moet dat verborgen houden zodat ze zijn eigen trucjes tegen hem kan gebruiken. Lichtpunt in haar leven zijn de vrouwen met wie ze haar lot deelt: veerkrachtig, eensgezind en trouw aan elkaar moeten ze zien te overleven met weinig eten en verkrachting en mishandeling op dagelijkse basis. Want dat is wat het is als vrouwen er niet zelf voor kiezen om sekswerker te worden: verkrachting waar je voor betaalt aan een mensenhandelaar.
‘The Wolf Den’ schetst een rauw en levendig beeld van het Pompeï in het jaar 74, de klassieke Romeinse tijd die voor velen tot de verbeelding spreekt maar waarschijnlijk voor velen veel lelijker en bruter was dan we ons realiseren. En daar gaat de vergelijking met Circe mank. ‘The Wolf Den’ is absoluut een goede roman, maar waar Circe me heel blij maakte, maakte deze roman me vooral verdrietig. Ik sta dus niet echt te springen om aan deel twee van de trilogie te beginnen, al wil ik dan wel weer weten hoe het verder gaat.

Read Full Post »

Het boek ‘The personal librarian’ dook sinds 2021 met regelmaat op in lijstjes met populaire historische romans. Eén van beide auteurs had al eerder een roman geschreven over Hedy Lamarr, de filmster die samen met een vriend een uitvinding deed die later Bluetooth en WiFi mogelijk maakte. Een filmster die eigenlijk uitvinder wilde zijn…dat spreekt natuurlijk enorm tot de verbeelding en toen ze opdook in een aflevering van de serie Timeless, ging ik op zoek naar boeken over deze vrouw. Ik kocht de biografie met de lekker bondige titel ‘Hedy’s Folly: The Life and Breakthrough Inventions of Hedy Lamarr, the Most Beautiful Woman in the World‘ En laat ik je vertellen dat zelfs met het gebruik van zo veel woorden is de auteur er niet in geslaagd de lading te dekken: de biografie ging namelijk maar een heel klein beetje over Hedy Lamarr en heel veel over haar mede-uitvinder, componist George Antheil. De auteur wilde waarschijnlijk liever over hem schrijven maar dacht dat een foto van Hedy Lamarr op het omslag beter zou verkopen. Het boek deed totaal geen recht aan de gevatte en intrigerende vertolking van deze vrouw die ik in ‘Timeless’ had gezien. Het was haast ironisch: de hyperintelligente vrouw die haar leven lang onderschat werd en niet gehoord kreeg een, door een man geschreven, biografie waarin ze gereduceerd werd tot wat stijlvolle foto’s en een ondergeschikte rol naast een man.
Ik hoopte dat een roman, geschreven door een vrouw, een beter beeld zou geven.
Wat Marie Benedict in ieder geval stukken beter doet dan de man die de biografie schreef: het gaat over Hedy (geboren onder de naam Hedwig Kiesler) en we volgen haar leven, ieder ander is een bijfiguur. Het boek begint op het toneel in Wenen waar de 19-jarige Hedy bedolven wordt onder bloemen (iets wat daar ongebruikelijk is) na haar vertolking van keizerin Sissy. Haar aanbidder is de 30-jarige Fritz Mandl die niet alleen een reputatie heeft als playboy maar ook de bijnaam Merchant of Death heeft omdat hij wapenhandelaar is.
Hedy’s ouders volgen angstvallig de ontwikkelingen in Duitsland waar de antisemitische Hitler aan de macht komt. Hoe zal Oostenrijk hierop reageren? Kunnen zij binnenkort hun leven ook niet meer zeker zijn? Ze weten dat Mandl een beslissende rol zal gaan spelen in de toekomst van Oostenrijk en mogelijk zal beslissen over hun lot. Ze hebben daarom het gevoel dat ze geen ‘nee’ kunnen zeggen als hij vraagt of hij hun dochter mee uit eten mag nemen.
Wat volgde weet menigeen: een huwelijk, vele etentjes met partijbonzen en tot slot een vlucht die Hedy Kiesler van frau Mandl in Hedy Lamarr zou veranderen.
Ik zou iedereen die haar verhaal nog nìet kent dit boek veel eerder aanraden dan die zogenaamde biografie maar ik hoop nog steeds dat er een beter, vollediger, boek komt. ‘The only woman in the room’ blijft namelijk nog steeds een beetje oppervlakkig. Ik heb na het lezen niet echt het gevoel dat ik haar kèn. Ze heeft voor mij geen eigen stem gekregen, ze is niet gaan leven. En dat terwijl er van haar toch legio quotes bekend zijn die een beeld geven van haar karakter. Denk bijvoorbeeld aan ‘Any girl can look glamorous. All you have to do is stand still and look stupid.’

Read Full Post »

Mijn favoriete genre is zonder twijfel historical fiction maar onlangs realiseerde ik me dat er een ander genre is waarin veel van de boeken die ik de laatste tijd lees onder te plaatsen zijn. Je zou het een subgenre van historische fictie kunnen noemen, maar als ik een boekhandel had zou ik er een aparte tafel voor inrichten: gothic. ‘The picture of Dorian Grey’ en ‘Rebecca’ zijn klassiekers die onder de noemer gothic vallen, net als ‘Wuthering Heights’. Nieuwe romans in het genre zijn Mexican Gothic en Anatomy (mijn favoriete roman van 2022) en Cunning Women, dat ik tijdens mijn vakantie in Liverpool bij Waterstones gekocht heb. Samen met een heleboel andere boeken, want er zat een Buy One Get One Half Price sticker op en iedereen weet dat hoe meer boeken je dan koopt hoe meer geld je bespaart.
Het verhaal speelt zich af in het Lancashire (regio boven Manchester) van 1620, Sarah Haworth woont met haar moeder, haar broer en haar jongere zusje buiten de rand van het dorp in één van de huizen die tijdens een epidemie door de bewoners is verlaten. Haar moeder is gevreesd door de dorpelingen, maar ze kunnen ook niet zonder haar: zieken en ongewenst zwangeren zijn afhankelijk van haar natuurgeneeskunde. Sarah en haar moeder kennen hun eigen angst: ze zijn bang dat ‘hij’ zusje Annie zal claimen. Voor Sarah is het te laat: haar pad in het leven staat vast: zij zal ook aan de rand van de maatschappij leven vanwege haar gave.
Maar als Sarah Daniel ontmoet is hij helemaal niet bang voor haar, wat opvallend is want hij staat niet bekend als een dappere man. Hij ziet in haar wat niemand ziet: de manier waarop ze met dieren omgaat.

Ik waarschuw vast: dit is geen boek met Hollywood-einde, als lezer voel je vanaf het begin aan dat het niet zal eindigen als een seizoen van Bridgerton waarin alle verschillen worden overwonnen en de twee sympathieke personages gaan trouwen. Het verhaal staat bol van misogynie en machtsmisbruik en één persoon die zijn eigen geluk opoffert om een leven te redden. Tja, met een happy ending was het waarschijnlijk geen gothic geweest. Als je het aandurft, steek dan een kaarsje aan en dompel je onder in een wereld die prachtig, wreed en magisch is.

Read Full Post »

Het oeuvre van, wat mij betreft, de beste auteur van Nederland staat bol van de karakters die niet met elkaar communiceren. In het geval van hoofdpersoon Dominique en haar moeder komt het door een factor van buitenaf: haar moeder heeft Alzheimer. Haar moeder zit in een tehuis in Nijmegen en Dominique zelf is verhuisd naar Amsterdam waar ze een bovenwoning heeft gekocht. Een bovenwoning waar ze soms op haar sokken naar binnen sluipt omdat ze niet wil dat haar in gebiedende wijs sprekende onderbuurvrouw weet dat ze thuis is.
Op haar werk leert ze de lelijke en veel oudere Kris kennen met wie ze een relatie krijgt. Het hoe en waarom is niet helemaal duidelijk, ook voor Dominique niet.
De kleine miezerige god is een typisch Gerritsen-boek vol karakters die het, heel troostend, ook allemaal niet weten met het leven en hoe dat moet enzo. De passage waarin Dominique op haar werk verslag doet van de situatie in het tehuis waarin haar moeder zit, deed me sterk denken aan de periode waarin ik als 24-jarige op een ziekenhuiszaal lag met twee demente bejaarden. De enige manier om ermee om te gaan is er grappen over maken en het van je af praten. Esther Gerritsen begrijpt mij.

Read Full Post »

Hervertellingen van Griekse mythen met vrouwen in de hoofdrol zijn een genre op zichzelf geworden. Een ontwikkeling die ik van harte toejuich want Circe is nog steeds één van mijn favoriete boeken aller tijden. Maar daarin zit ‘m ook een beetje de kneep: niet elke klassieke hervertelling haalt het bij die van Madeline Miller. Daar kwam ik al een beetje achter tijdens het lezen van Ariadne waarin de auteur de rare beslissing had genomen om me er steeds van te proberen te overtuigen dat de personages BLOND waren (allemaal!). Een raar soort indoctrinatie dat me steeds uit het -verder best goede- verhaal haalde. Daughters of Sparta van Claire Haywood vond ik beter, maar voor mij staan de romans van Madeline Miller nog op eenzame hoogte.
Ik ben benieuwd of Ithaca van Claire North daar verandering in gaat brengen. Het omslag is in ieder geval prachtig: het toont de koningin van Ithaca, Penelope, zoals we haar kennen: wevend, terwijl ze wacht op de terugkeer van haar man Odysseus.
Het verhaal van Ithaca, het eiland waar Odysseus met zijn vrouw Penelope en zoontje Telemachos woonde totdat hij werd opgeroepen om deel te nemen aan de oorlog in Troje, wordt verteld door de godin Hera. Hera is de godin van moeders en van koninginnen. In deze periode van de Griekse geschiedenis zijn er drie koninginnen: Helena, Klytemnestra en Penelope. Nichtjes van elkaar en elk met een eigen karakter. Klytemnestra is de favoriet van Hera: de manier waarop zij heerste over haar rijk in afwezigheid van haar man was ronduit regal, maar gedurende het verhaal krijgt Hera steeds meer respect voor Penelope. De stille bescheiden Penelope die veel sluwer is dan de meeste mensen -en goden- door hebben. Op het eiland zijn alleen nog maar heel oude en heel jonge mannen te vinden-de rest is naar de oorlog- en de vele vrijers die naar de hand van Penelope dingen nu haar man al zeven jaar lang weg is. Penelope weet heel goed dat het hen niet om haar te doen is, ze willen koning worden van Ithaca en ze denken dat er ergens op het eiland een grot is die is gevuld met goud. Intussen houden vrouwen de boel draaiende. Ze verzorgen het vee, spinnen de wol, persen en kruiken de olie en drijven handel met de buur-eilanden.
Intussen worden de vrijers ongeduldig omdat Penelope geen van hen kiest en ze ook niet de deur wijst -ze zijn immers te gast-, zoon Telemachos wil aan iedereen bewijzen dat hij een echte man is, piraten plunderen bij elke volle maan het eiland en nichtje Elektra komt samen met haar broer op Ithaca aan omdat ze hun moeder zoeken.
Genoeg ingrediënten voor een spannende en sfeervolle roman, maar wat mij betreft kwam het nooit echt helemaal van de grond. Ik kan het boek dan ook niet meer dan ‘interessant’ noemen. Het was interessant om te lezen over Penelope (van wie ik niet meer wist dan het verhaal van die vrijers en dat ze de keuze uit wist te stellen door te zeggen dat ze een lijkwade aan het weven was die ze elke avond weer uithaalde) maar ik kwam nooit echt goed in het verhaal omdat mijn gedachten afdwaalden of ik halverwege een dialoog niet meer wist wie er nu weer met elkaar aan het praten waren. Soms las ik een halve bladzijde terug om daar achter te komen en bleek dat er ineens een personage op was komen dagen zonder dat ik dat door had gehad. En die vrijers met hun lange op elkaar lijkende namen uit elkaar houden heb ik niet eens geprobeerd.
Ik kan dus niet anders zeggen dan dat ik het onderwerp heel goed gekozen vind, en er zitten ook mooie passages in, maar óf het ligt aan mij, óf de vorm is te verwarrend om het lekker leesbaar te maken.

Read Full Post »

Als we dictee-regels opkregen van onze juf in groep vijf, zei ze vóór de laatste zin altijd ‘en last best…’ En ik wil niet zeggen dat het laatste boek van een jaar lang besprekingen op #literairewoensdag het beste van het jaar is, maar het is er wèl één die van mij vijf sterren heeft gekregen op GoodReads.
Het is 1979 en de Britse Mr. Lloyd reist af naar een klein eilandje voor de Ierse kust. Hij kiest ervoor om vervoerd te worden in een ongemotoriseerd bootje, terwijl hij er eigenlijk niet tegen kan. Tussen het vrezen voor zijn leven en het overgeven door heeft hij het volgende gesprek met de roeier
-I have told them that you have come to paint
-That’s right
-And that you will stay until the end of the summer
-That’s also correct
-They want to know what you’re painting
-I have come to paint te cliffs. That’s all
-They don’t want you to paint them
-Then I won’t
Dit korte gesprek is alles wat er op de achterflap van het boek te lezen is. Verfrissend: geen spoilers of korte samenvattingen van driekwart van het boek. Hoewel, geen spoilers, als goede verstaander weet je één ding bijna zeker: de eilandbewoners zullen geschilderd worden.
Mr Lloyd is niet de enige bezoeker van buiten: al jarenlang komt een Franse linguïst naar het eiland omdat het één van de weinige plekken is waar nog mensen te vinden zijn die nog uitsluitend Iers spreken. Hij is op z’n zachtst gezegd niet blij met de komst van de Engelsman die geen Iers spreekt en dus in het Engels spreekt met de 15-jarige James en zijn moeder, een jonge weduwe.
Intussen vinden op het vasteland dagelijks aanslagen plaats: het dieptepunt van de troubles waarin de IRA en de Ulster Defence Force soldaten en huisvaders neerschieten of opblazen.
James raakt in de ban van het werk van de schilder en ontwikkelt zijn eigen visie op het eiland. Hij hoopt mee te kunnen naar Londen om daar te studeren: een leven als visser heeft hem nooit getrokken, tot ergernis van zijn oom.
Wie verlaten aan het einde van de zomer het eiland en welke gevolgen heeft dat voor de achterblijvers?
The Colony is een sfeervolle roman die je de kliffen doet zien, de meeuwen doet horen krijsen en de idylle van het eilandleven scherp afzet tegen de troubles op het platteland. De naïviteit van de witte gepriviligeerde schilder afzet tegen de multiculturele linguïst en de Ieren. Het is mooi en het is hard, het behandelt thema’s als kolonialisme en patriarchie. Verlies, verdriet en veerkracht. En het zorgde ervoor dat ik nu eindelijk eens wil proberen om iets in een Aran-patroon te breien.

Read Full Post »

Older Posts »